Beleid tegen illegale kamerverhuur en overlast
Al jaren hebben we in Lelystad te maken met een ongewenste ontwikkeling van illegale kamerverhuur. Op 28 april 2020 is door de gemeenteraad besloten om geen vergunningen meer af te geven voor kamerverhuur en woningsplitsing, omdat een verdere uitbreiding van kamerverhuur en/of woningsplitsing in de woonwijken onwenselijk wordt geacht.
Bijzondere Woonvormen
Het niet toestaan van nieuwe situaties van kamerverhuur heeft directe gevolgen voor de uitoefening van zorg met verblijf in kleinschalige woonvormen. Voldoende beschikbaarheid van deze kleinschalige woonvormen komt bij een algemeen verbod in het geding. De gemeenteraad heeft voor deze bijzondere woonvormen een uitzondering gemaakt, door in het paraplubestemmingsplan , vastgesteld op 22 september 2020, een afwijkingsbevoegdheid op te nemen. In de Beleidsregel kamerverhuur bijzondere woonvormen is hiervoor het afwegings- en toetsingskader opgenomen. Deze beleidsregel is op 29 september 2020 door het college van de gemeente Lelystad vastgesteld.
Handhaving
Bij de handhaving op illegale kamerverhuur wordt ook woningsplitsing zonder vergunning, niet vergunde verhuur onder de opkoopbescherming en illegale (kamer)bewoning van bedrijfspanden meegenomen. Illegale kamerverhuur kan een grote impact hebben op de leef- en woonomgeving vanwege mogelijke geluids- en parkeeroverlast. Het betreft vaak meerdere controles per woning en langdurige juridische procedures om ervoor te zorgen dat illegale kamerverhuur wordt opgeheven.
Ervaart u overlast van illegale kamerverhuur?
U kunt een mail sturen naar vto@lelystad.nl of dit melden via Fixi. Voor het doen van een melding is het van belang dat u uw contactgegevens achterlaat. Anonieme meldingen worden niet opgepakt. Zodra uw melding is ontvangen, pakken de inspecteurs handhaving van Stadstoezicht dit op.
Uitzonderingen
Het is mogelijk om een woning te gebruiken voor twee specifieke vormen van gedeeltelijke onzelfstandige bewoning, namelijk in de vorm van een buidelwoning en in de vorm van een hospita. Hierin worden buidelwoning en hospita als volgt uitgeschreven:
- Buidelwoningregeling: de inwoning van ten hoogste 2 personen die in een bestaande sociale relatie staan ten opzichte van de hoofdbewoner(s).
- Hospitaregeling: de inwoning van ten hoogste 1 persoon waarbij de woonvoorzieningen worden gedeeld met de hoofdbewoner(s). De hoofdbewoner(s) zijn ook de verhuurder(s). Voorwaarde is dat de hoofdbewoner(s) ten minste 50% van het gebruiksoppervlak bewonen.
Buidelwoningregeling
Voor toepassing van de buidelwoningregeling is het dus noodzakelijk dat er sprake is van een bestaande sociale relatie tussen de hoofdbewoner(s) en de inwoner(s). Met een bestaande sociale relatie wordt aangesloten bij de mantelzorgwoning en moet het gaan om een duurzame sociale relatie zoals een familieband of een daarmee vergelijkbare relatie. De gedachte daarbij is dat de buidelwoning wordt gezien als de voorloper van de mantelzorgwoning. De buidelwoning is dan te zien als mantelzorgwoning zonder dat er nu al sprake moet zijn van een medische indicatie/zorgbehoefte. Regels voor het gebruik van een woning als buidelwoning of mantelzorgwoning vind u via het Omgevingsloket .
Hospitaregeling
Bij hospitaverhuur verhuurt u een deel van uw woning aan iemand anders. U woont zelf ook in de woning en deelt voorzieningen met de huurder, zoals keuken, toilet en badkamer. Vaak hoeft u uw huuropbrengsten niet aan te geven bij de Belastingdienst.
Het gebruik van een woning als hospita of buidelwoning is opgenomen in het Omgevingsplan, er is daarmee geen aparte vergunning nodig.
Meer informatie over de algemene regels vindt u op de website van de Rijksoverheid .